Rijvaardigheidsonderzoek bij tweede punt beginnersrijbewijs niet terecht

Vaak valt er niet tegen te doen wanneer aan iemand een rijvaardigheidsonderzoek wordt opgelegd na een tweede punt bij een beginnersrijbewijs, maar toch zien we af en toe een uitzondering. In de zaak bij de rechtbank Amsterdam, van 6 december 2019, ECLI:NL:RBAMS:2019:9150 vond de rechter het opgelegde rijvaardigheidsonderzoek en de ongeldigverklaring van het rijbewijs niet terecht. De rechter gaf om meerdere redenen het rijbewijs terug;

  1. Tijdsverloop; Het ging om twee snelheidsovertredingen in 2016, terwijl het CBR pas in 2019 zijn rijbewijs afpakte en het rijvaardigheidsonderzoek oplegde. Volgens de rechter was dat te laat
  2. Inmiddels groot rijbewijs; belangrijk was dat de betrokkene inmiddels ook een groot rijbewijs had gehaald om vrachtwagens te kunnen besturen. In dat kader had hij dus recent nog een rijtest gedaan
  3. Het CBR had geen uittreksel justitiële documentatie overgelegd, waardoor de veroordelingen niet door de rechter kon worden nagekeken

De rechtbank overwoog het volgende:

5. Het besluit dat verzoeker voorlopig niet meer mag rijden heeft verweerder gebaseerd op artikel 131 van de Wvw1 en de artikelen 5 en 6 van de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 (hierna: de Regeling). Het besluit om het rijvaardigheidsonderzoek op te leggen heeft verweerder gebaseerd op artikel 131 van de Wvw en artikel 23, derde lid, en de bijlage 1, onder A, subonderdeel IV van de Regeling.

6.1Niet in geschil is dat verzoeker ten tijde van de twee overtredingen op [datum 1] 2016 en [datum 2] 2016 een beginnend bestuurder was als bedoeld in de hiervoor genoemde regelgeving. Ook worden de twee overtredingen door verzoeker niet bestreden.

6.2Gebruikelijk is dat de justitiële documentatie, die ten grondslag ligt aan het bestreden besluit, in het dossier aanwezig is. Een poging van de griffier om deze documentatie voorafgaand aan de zitting telefonisch bij het CBR op te vragen is mislukt. Ook beschikte de gemachtigde van verweerder op zitting niet over deze stukken. Hierdoor is niet te achterhalen óf, en zo ja wanneer, de veroordelingen van verzoeker onherroepelijk zijn geworden en waarom het zo lang (ruim drie jaar) heeft geduurd voordat is besloten om verzoeker een rijvaardigheidsonderzoek af te laten leggen. De gemachtigde van verweerder heeft hierover op zitting ook anderszins geen duidelijkheid kunnen verschaffen.

6.3Die gemachtigde stelt zich wel op het standpunt dat tijdsverloop geen aanleiding geeft om van het onderzoek af te zien. Verweerder heeft te maken met dwingendrechtelijke regelgeving en voor een belangenafweging is dus geen ruimte, aldus de gemachtigde van verweerder.

6.4De voorzieningenrechter volgt dit standpunt niet. Op grond van artikel 23, vierde lid, van de Regeling kan verweerder besluiten af te zien van het opleggen van een onderzoek als daarvoor dringende redenen aanwezig zijn. Verweerder heeft ter zitting desgevraagd medegedeeld dat een dergelijke reden nimmer wordt aangenomen, en (dus) ook niet in dit geval. Dit terwijl verzoeker zijn geschorste rijbewijs heeft teruggekregen, daarmee rijdt en (onbetwist) recent voor zijn baan als [functie] een groot rijbewijs heeft gehaald (ook onder verantwoordelijkheid van verweerder). Dat roept de vraag op waarom verzoeker nu (wederom) een rijvaardigheidsonderzoek zou moeten afleggen.

6.5Ter zitting is ook gesproken over de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 26 augustus 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2687. Er staat bepaald niet vast dat in het dossier van verzoeker slagvaardig is gehandeld ter bestrijding van verkeersgevaarlijke overtredingen, wat volgens die uitspraak zou moeten. Er is sprake van een onverklaard totaal tijdsverloop van ruim drie en een half jaar tussen overtreding en de mededeling van de officier van justitie. Of de melding heeft plaatsgevonden binnen de termijn van artikel 3, derde lid van de Regeling, blijkt niet uit de stukken. Daarnaast is sprake van een recente contra-indicatie voor mogelijke verkeersgevaarlijkheid van verzoeker: de recente verlening van een groot rijbewijs aan verzoeker.”

 

< Terug naar Meer informatie onderzoek naar de rijvaardigheid
Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden